Duitse deelstaat verkoopt Warhols voor bouw casino
De Duitste deelstaat Noordrijn-Westfale heeft 2 schilderijen van Andy Warhol verkocht met als doel om met de opbrengst ervan een een nieuw casino in Keulen te bouwen. Woensdag werden in New York bij Christie’s Triple Elvis en Four Marlons van Warhol (1928-1987) voor 120 miljoen euro geveild. Eigenaar was het Duitse Casinobedrijf Westspiel, dat eigendom is van deelstaat Noordrijn-Westfalen.
120 miljoen euro was meer dan vooraf verwacht werd. Gerekend was op zo’n 100 miljoen euro. Na aftrek van de veilingkosten blijft 108 miljoen over. Westspiel krijgt daarvan 80 miljoen. Dat geld is hard nodig: het casinobedrijf draaide de laatste jaren met verlies. Ook wil het bedrijf een nieuw speelhol bouwen in Keulen. De resterende 28 miljoen euro vloeien naar de deelstaatskas.
Westspiel baat in Duitsland acht casino’s uit. Eigenaar is de NRW.Bank, de ‘staatsbank’ die eigendom is van de deelstaat Noordrijn-Westfalen. De voorgenomen veiling van de twee kunstwerken – in de jaren zeventig door Westspiel voor 290 duizend D-mark aangeschaft – maakte de afgelopen weken het nodige los in de kunstwereld.
Het was onfatsoenlijk, ja, zelfs verboden, om kunstwerken die in staatsbezit zijn, te verkopen, klonk het. Een groot aantal Duitse museumdirecteuren reageerde met ontzetting: ‘Er wordt hiermee een precedent geschapen. Kunst in openbare musea is niet langer veilig.’
De deelstaatregering van Noordrijn-Westfalen, onder leiding van de in Duitsland populaire minister-president Hannelore Kraft (SPD), kwam door de voorgenomen verkoop zwaar onder vuur te liggen. Kraft deelde echter mee dat zij niet kon ingrijpen. Westspiel kan, zei ze, autonoom beslissingen nemen over de aan- of verkoop van kunstwerken. ‘De stukken zijn geen direkter Landesbesitz.’
De kritiek is niet verstomd nu beide Warhols geveild zijn. ‘Er is een doos van Pandora geopend’, denkt men bij de Deutsche Kulturrat. ‘We vrezen dat nu ook andere overheden met geldproblemen met glinsterende oogjes naar hun kunstbezit gaan kijken’, aldus een woordvoerder. ‘Men weet nu: er zal weliswaar kritiek zijn als openbaar kunstbezit wordt verkocht, maar het levert uiteindelijk wél geld op.’